
Kinderen en zien
Kinderen kunnen vanaf een jonge leeftijd te maken krijgen met oogafwijkingen. Dit kan aanwezig zijn vanaf de geboorte of in de jonge jaren ontwikkelen. Veel oogafwijkingen bij kinderen kunnen het best zo vroeg mogelijk behandeld worden, om zo verergering tegen te gaan. Er zijn verschillende behandelmethodes voor verschillende oogafwijkingen. De meest voorkomende oogafwijkingen bij kinderen zijn:
- Bijziendheid (myopie)
- Verziendheid (hypermetropie)
- Lui oog (amblyopie)
- Scheelzien (strabismus)
Oogaandoeningen bij kinderen
Bijziendheid bij kinderen
Bijziendheid bij kinderen (myopie) neemt enorm toe en ontwikkelt snel, zeker bij kinderen onder de 10 jaar, omdat zij nog in de groei zijn. Om dichtbij goed te kunnen zien, moeten de oogspieren zich inspannen (accommoderen). Wanneer kinderen langdurig dichtbij kijken (bijvoorbeeld op de mobiel, tablet, of tijdens het lezen van een boek) groeit de oogbol in de lengte. Zo hoeft het oog zich namelijk minder in te spannen om dichtbij scherp te zien. Het nadeel hiervan is dat beelden in de verte onscherp worden. Veel buiten zijn helpt bijziendheid voorkomen.
Klachten
Bij kinderen met myopie is bijvoorbeeld te merken dat schoolresultaten verminderen, omdat zij het schoolbord veraf niet goed kunnen zien. Daarnaast knijpen kinderen met bijziendheid vaak de ogen samen.
Behandeling
Kinderen die bijziend zijn staan vaak onder behandeling van een orthoptist. Een orthoptist kan via speciale behandelingen proberen de groei van het oog te remmen. Er zijn verschillende behandelmethodes mogelijk: de 20-20-2-regel, atropine oogdruppels, speciale contactlenzen en brillenglazen.
Lui oog
Een lui oog, oftewel amblyopie, is een oog waarbij de ontwikkeling van het visuele systeem in de vroege kinderjaren is achtergebleven. Het visuele systeem ontwikkelt zich erg snel tot ongeveer het tiende levensjaar. Iemand ouder dan 10 jaar zal dus nooit een lui oog ontwikkelen.
Doordat het oog in de vroege kinderjaren niet goed is gestimuleerd, ontstaat een slecht gezichtsvermogen in een oog. Als één oog een goed gezichtsvermogen ontwikkelt, terwijl het andere oog dat niet doet, wordt het oog met de slechtere gezichtsscherpte lui.
Klachten
Kinderen met een lui oog hebben geen klachten, omdat zij met het goede oog kijken. Als er geen sprake is van duidelijk scheelzien merken anderen vaak niet dat er sprake is van amblyopie. Als een lui oog op jonge leeftijd niet wordt behalend, zal op latere leeftijd de verminderde gezichtsscherpte blijvend zijn.
Behandeling
Eerst dient de oorzaak van het luie oog aangepakt te worden. Oogsterkteafwijkingen of oogziekten moeten worden behandeld. Vervolgens kan het luie oog op verschillende manieren getraind worden:
- Het goede oog afplakken
- Het goede oog ‘slecht’ maken met oogdruppels
Kinderen ouder dan 10 jaar kunnen niet meer succesvol behandeld worden tegen een lui oog.
Scheelzien
Scheelzien (strabismus) is een afwijking van de stand van de ogen, waarbij de ogen niet op hetzelfde punt gericht zijn. Elk oog wordt aangestuurd door 6 oogspieren, 4 rechte oogspieren en 2 schuine oogspieren. Door een goede samenwerking tussen de oogspieren van beide ogen kunnen de ogen gecoördineerd kijken en staan ze recht. De aandoening ontstaat meestal op kinderleeftijd, maar kan ook bij volwassenen optreden.
Klachten
Ouders of verzorgers zijn vaak degene die hun kind naar de huisarts brengen met de klacht dat de ogen niet recht staan. Dit is een symptoom van scheelzien. Vaak is het zo dat een kind dat scheelziet sterk begint te protesteren als het goede oog wordt afgedekt. Op latere leeftijd kunnen ook klachten worden aangegeven als wazig zien en dubbelzien.
Behandeling
De behandeling van scheelzien en/of van een lui oog kan een langdurig proces zijn. Afhankelijk van de oorzaak van het scheelzien wordt bepaald welke behandeling het meest geschikt is. De behandeling kan bestaan uit:
- Het voorschrijven van een bril
- Oefeningen
- Een oogspieroperatie
- Prismacorrectie